Geologie van de Maas
Hans de Jong
Als een schitterend zilveren lint slingert de Maas door het noorden van de provincie Limburg. Ik sta op de Mookerhei en kijk tegen de dalende avondzon omlaag naar de vlakte van de Maas. In de verte, aan de horizon, zie ik als een dunne blauwgrijze streep de begrenzing van de Peelhorst. Het is een prachtig uitzicht in het oranjekleurige licht.
Er is maar een klein stukje van de Maas zichtbaar. Vanaf deze afstand zie je niet goed dat de Maas hier eigenlijk vrij is. Er liggen dijken langs de rivier om het slingeren en vooral de hoge waterstanden te beteugelen. Verder zuidelijk, stroomopwaarts bij Boxmeer, verandert de riviervlakte in het Maasdal. Nog verder naar het zuiden wordt dat dal steeds beter herkenbaar. Tot Boxmeer heeft de rivier zich in het landschap ingesneden. Het dal wordt pas echt veel dieper in het landschap vanaf Maastricht in de richting van België. In de Ardennen is het echt spectaculair met in de dalwanden oud vast gesteente waarvan de scheefstelling, plooien en breuken gemakkelijk zichtbaar zijn.
Prachtig zoals langs het gehele verloop van de rivier zijn geologische geschiedenis ontrafeld wordt: letterlijk een bewogen geschiedenis, want tektoniek heeft een belangrijke rol gespeeld in de vorming van het Maasdal. De Maas is een rivier waaruit je veel over de geologie van Nederland te weten kunt komen: laagland en een oud gebergte, ze zijn de getuigen van een belangrijke Europese rivier.
Hans de Jong studeerde glaciale geologie aan de universiteit van Amsterdam, werkte korte tijd voor de universiteit en daarna voor een natuurhistorisch museum, was vier jaar lang leraar aardrijkskunde in Den Helder, was dertig jaar lang werkzaam als docent geologie aan de hogeschool van Arnhem en Nijmegen, gelieerd aan de Radboud Universiteit en was enige tijd gastdocent aan de universiteit van Barcelona. Voor het onderwijs in Suriname schreef hij tijdens zijn pensionering een aardrijkskundemethode en een schoolatlas. Momenteel werkt hij voor de scholen voor blinden en slechtzienden aan een atlas en aardrijkskundig lesmateriaal en verzorgt hij lezingen over geologische onderwerpen.